Het project "Circulair watergebruik in de buitengebieden" is gericht op de ontwikkeling van een innovatieve oplossing voor het minimaliseren van afvalwater en het hergebruiken van waterstromen op een duurzame manier. In deze context betekent circulair watergebruik dat het water dat gebruikt wordt voor landbouw, veeteelt en andere activiteiten, na zuivering opnieuw lokaal ingezet wordt in plaats van direct afgevoerd te worden naar rivieren of riolering.
Jarenlang hebben we in Nederland gedacht in de toekomst over genoeg schoon drinkwater te kunnen beschikken. Echter, steeds meer komt het besef dat we veel zuiniger moeten worden om nog voldoende water beschikbaar te hebben voor drinkwater, landbouw en industrie. Het is van groot belang dat landbouwers in de toekomst veel minder grondwater gaan onttrekken en dat de buitengebieden hun water op een slimmere manier gaan vasthouden. Naast het vasthouden van water betekent dit ook dat water circulair moet worden ingezet en gebruikt kan worden voor beregening van gewassen of voor de industrie.
Tegenwoordig ontstaat er een paradox. Enerzijds is goed en snel afvoeren van water via het riool van levensbelang. Anderzijds wil je het water zo lang mogelijk vasthouden om droogte te voorkomen en kunnen bufferen bij extreme waterval. Deze paradox speelt zich met name af in het buitengebied waar bedrijven en bewoners niet zijn aangesloten op het reguliere rioolnet en gebruik moeten maken van drukrioleringen of IBA's.
Aansluitingen in het buitengebied: IBA's
Huishoudelijk afvalwater mag niet ongezuiverd geloosd worden. In principe wordt dit opgevangen in een
riolering en gezuiverd in een rioolwaterzuiveringsinstallatie (rwzi). Op plekken waar geen aansluiting op riolering
gemaakt kan worden, moet men het afvalwater lokaal zuiveren met een Individuele Behandeling van Afvalwater
(IBA). Het bekendste IBA-systeem is de septic tank met reinigingsfunctie. Andere systemen zijn bijvoorbeeld de
biorotor, het oxidatiebed en het helofytenfilter. In Nederland zijn er 27.500 losse IBA’s
, vooral in het
buitengebied.
Het monitoren en optimaliseren van deze IBA's is essentieel voor zowel milieubeheer als kostenbeheersing. Doordat IBA's vallen tussen de verantwoordelijk van gemeenten en waterschap is er echter weinig toezicht, laat staan een monitoringssysteem. Hierdoor is de kwaliteit van het water dat wordt geloosd onbekend en worden de IBA's als dreiging voor de waterkwaliteit gezien. Landbouwers gebruiken daarom liever grondwater voor beregening. Het circulaire gebruik van gezuiverd water uit IBA's blijft uit, terwijl dit een belangrijke stap is in de richting van duurzaam waterbeheer.
Met de juiste ontwikkelingen is het mogelijk om IBA's geschikt te maken voor een decentrale zuivering. Dit is dan ook het startpunt van dit project. Door een sector-overstijgende samenwerking in de gehele waterketen ontstaat er een trendbreuk waarin een nieuwe manier van denken bijdraagt aan het water- en bodemsysteem.